Zoeken

De Urgendazaak is uniek: laat dat zo blijven

Auteur

Rik Harmsen

Rik Harmsen concludeert voorzichtig dat er wél een ruime meerderheid voor ambitieuze doelstellingen is, maar geen meerderheid voor realisatie hiervan.

Er is de afgelopen maanden veel gezegd en geschreven over de uitspraak van de Hoge Raad in de Urgenda-klimaatzaak. De emoties lopen daarbij regelmatig hoog op. Veel aandacht is er voor de juridische kant, minder aandacht is er voor de politiek(e-filosofische) kant van de zaak. Als afgestudeerd milieuwetenschapper die vanuit idealisme heeft gekozen om in de duurzame energiesector te gaan werken om een bijdrage te leveren aan de strijd tegen klimaatverandering, wordt van mij verwacht dat ik sta te juichen bij de uitspraak in de klimaatzaak. En inhoudelijk ben ik ook blij met de uitspraak. Het is zonder meer knap van Urgenda en haar advocaten dat ze deze wereldprimeur hebben gerealiseerd.

“De overige 17 miljoen Nederlanders vonden het niet noodzakelijk om naar de rechter te stappen”

En toch knaagt er iets. Opvallend is dat veel pijlen zich richten op de rechters. Dat loopt van mild onbegrip tot verwijten over politiek activisme inclusief persoonlijke aanvallen aan toe. Het verwijt van politiek activisme is, zeker in een goed functionerende rechtsstaat als de onze, een zeer zwaar verwijt. Het lijkt me aan juristen om de consequenties van deze uitspraak verder te bespreken. Maar alle mensen met een publieke rol en zeker (oud-)politici zouden zich ervan bewust moeten zijn dat dergelijke kritiek op de rechter en zware woorden over aantasting van de rechtsstaat er juist voor zorgen dat de onafhankelijke rechtspraak en daarmee de rechtsstaat onder druk komen te staan. Laten we uitspraak accepteren en laat de Staat zich tot het uiterste inspannen om hieraan invulling te geven.

Maar waar knaagt het dan? Wie uitzoomt en op een wat abstractere manier kijkt naar wat hier is gebeurd, ziet iets vreemds. De rechter oordeelt dat klimaatverandering gevaarlijk is en dat onze mensenrechten in gevaar komen. Dat is de basis waarop Urgenda naar de rechter stapte namens 900 mede-eisers die die mening ook waren toegedaan. Het interessante is dat de Staat door de rechter verplicht wordt om het door haar voorgenomen beleid uit te voeren omdat niet alleen de mensenrechten van deze 900 personen, maar van álle Nederlanders in gevaar is. Alleen de overige 17 miljoen Nederlanders vonden het blijkbaar niet noodzakelijk om hiervoor naar de rechter te stappen.

“In een land waar terecht rekening wordt gehouden met allerlei belangen komt beleid soms onvoldoende snel van de grond”

Nu kan met enig recht betoogd worden dat Urgenda op meer steun kan rekenen dan de 900 mede-eisers, maar ik durf de stelling wel aan dat het aantal medestanders in ieder geval minder is dan de helft van het aantal kiesgerechtigde Nederlanders. Want anders hadden die mensen namelijk op politieke partijen gestemd die náást het vastleggen van de CO2-reductiedoelstellingen óók daadwerkelijk tot volledige uitvoering van het klimaatbeleid waren overgegaan. Natuurlijk valt hier wel wat op af te dingen. Het is niet automatisch zo dat, als de meerderheid van Nederland op partijen stemt die de doelstellingen daadwerkelijk met concreet beleid willen realiseren, dit ook gebeurt. Politieke partijen maken afwegingen over diverse onderwerpen en binnen coalities kan een minderheid soms haar stempel drukken ten koste van meerderheidsstandpunten. En los daarvan is het klimaatvraagstuk complex en in een land waar terecht rekening wordt gehouden met allerlei belangen komt beleid soms onvoldoende snel van de grond. Maar toch. Er wordt al enkele decennia klimaatbeleid gevoerd en Nederland loopt al jaren achter op andere Europese landen. Er is vaak en lang door verschillende partijen binnen en buiten de politiek geprobeerd om CO2-reductie sneller te laten verlopen en het resultaat blijft vooralsnog uit.

De conclusie kan getrokken worden dat een ruime meerderheid klimaatbeleid belangrijk vindt, zo was er politiek ruime steun voor het energieakkoord uit 2013 en het vorig jaar afgesloten klimaatakkoord. Maar de voorzichtige conclusie is ook dat er wél een ruime meerderheid voor ambitieuze doelstellingen is, maar tegelijk geen meerderheid om die doelstellingen ook écht volledig te realiseren. Ook en juist als het lastig wordt. Dat is frustrerend, en toen kwam iemand op het idee om dan de Staat via de rechter te dwingen de doelstellingen alsnog te halen. En de rechter is daar in meegegaan. Dus de Staat zal moeten.

“De Staat zou zichzelf moeten afvragen: waarom halen we de doelstellingen keer op keer niet?”

De kritiek, of beter gezegd de talrijke vragen die zijn opgeworpen moeten mijn inziens niet aan de rechter worden gesteld, maar aan de twee andere partijen: de Staat en de indieners. De Staat, in een democratie dus de regering en de volksvertegenwoordiging die samen de uitvoerende en controlerende machten zouden zichzelf moeten afvragen: waarom halen we de doelstellingen keer op keer niet? Zijn ze te ambitieus? Of vinden we eigenlijk andere zaken belangrijker? Kortom, willen we ze wel écht halen? En hebben wij nou echt een rechter nodig om onszelf daar toe te laten dwingen?

Maar ook Urgenda en het leger sympathisanten zouden, nadat de champagneglazen zijn afgespoeld, eens na kunnen denken over de vraag: is dit nou verstandig? Krijgen we hier meer draagvlak voor vanuit politiek en samenleving? Willen wij, hoe urgent wij klimaatverandering ook vinden en hoeveel zorgen we ons ook maken, op deze manier een meerderheid van de politiek dwingen om klimaatbeleid te voeren? En nog fundamenteler: vinden wij dat we met dit relatief beperkt aantal mensen de Staat moeten dwingen om de mensenrechten van álle Nederlanders (en wereldbewoners) te respecteren?

En dat er iets vreemds aan zit, blijkt ook wel uit de gevolgen van het niet nakomen van het vonnis. Als de Staat niet voldoet aan het vonnis kan Urgenda een dwangsom eisen. Ongetwijfeld zou ze hier iets nuttigs mee doen, maar het is een vreemd figuur dat een particuliere stichting een dwangsom ontvangt omdat de mensenrechten van álle Nederlanders zijn geschonden. Misschien voelde Urgenda zelf ook al nattigheid, ze heeft inmiddels publiekelijk aangegeven in geen geval een dwangsom te eisen.

“Niet elk recht dat je hebt, hoef je ook te gebruiken”

En iets verder gedacht zorgt deze zaak ook voor risico’s. Ten eerste de politieke gevolgen. Het ligt niet in de verwachting dat politici naar aanleiding hiervan besluiten om mensenrechtenverdragen te gaan herzien of de regering te vragen uit het klimaatakkoord van Parijs te stappen. Maar het is wel goed mogelijk dat politici in het vervolg nog een keer goed nadenken voordat ze overgaan tot het vaststellen van ambitieuze klimaatdoelstellingen. Misschien toch wat minder ambitieus maken? Of juridisch wat minder afdwingbaar?

En breder gedacht, als meer partijen op het idee komen om op deze manier de Staat te dwingen haar afspraken na te komen? Wij voldoen aan wel meer internationale afspraken niet. Wat te denken van de afgesproken bijdrage aan ontwikkelingssamenwerking van 0,7% van het BNP? Of de Europese afspraken over het maximale begrotingstekort en hoogte van de Staatsschuld? En wat als iemand een beroep doet op veiligheid (ook een mensenrecht!) en stelt dat de regering eindelijk eens werk moet gaan maken van de NAVO-afspraak om 2% van het BBP aan defensie te besteden? Het gaat mij hier niet om de juridische haalbaarheid van een eventuele zaak, maar om het achterliggende principe. Willen we zo met elkaar onze democratie inrichten? Mijn antwoord is: nee.

Dat betekent uiteraard niet dat ik vind dat de gang naar de rechter ingeperkt zou moeten worden. Maar bij zaken die niet de rechten van een individu of een deel van de bevolking maar ons allemaal raken, kortom zaken van algemeen belang, hoop ik dat partijen in de toekomst terughoudender zullen zijn. Niet elk recht dat je hebt, hoef je ook te gebruiken.

“Idealisten zoals ik moeten nog harder hun best doen om het draagvlak te vergroten en niet proberen het af te dwingen”

Daar zit een principiële en een pragmatische gedachte achter. Principieel gezien lijkt het mij onverstandig als een minderheid besluit om in het geval van zaken van algemeen belang, waarbij ze niet (geheel) haar zin krijgt via de politieke weg, dan maar naar de rechter stapt. En pragmatisch gezien schat ik in dat het op de lange termijn ook averechts werkt. Als er niet genoeg draagvlak is om klimaatbeleid daadwerkelijk uit te voeren, dan is dat frustrerend maar een realiteit die wij onder ogen moeten zien. Dan moeten al die idealisten zoals ik nog harder hun best doen om dat draagvlak te vergroten en niet proberen het af te dwingen. De grote groep mensen die zich nu morrend neerlegt bij de uitspraak van de rechter wordt niet overtuigd of gemotiveerd om echt werk te maken van klimaatbeleid.

Laat de Urgendazaak daarom een interessant en uniek geval blijven en laten we vanaf nu weer proberen om met elkaar via politiek debat en in gesprek met de samenleving werk te maken van goed en breed gedragen klimaatbeleid.

Rik Harmsen

Rik Harmsen is branchespecialist Wind op Land bij de Nederlandse WindEnergie Associatie (NWEA). Hij schreef deze bijdrage op persoonlijke titel. Rik is te volgen via Twitter op @RikHJHarmsen