Zoeken

Het Europese emissiehandelssysteem moet overboord

Catrinus Jepma: "Het is óf subsidies, óf emissiehandel"

Er komt geen ingreep om de bodemprijzen voor CO2 te verhogen. Het Europees Parlement heeft een voorzichtig voorstel daarvoor, backloading, afgewezen. Dat is een belangrijk signaal. CO2-expert en columnist voor Energiepodium Jos Cozijnsen denkt dat het misschien nog goed komt. Ook in Brussel houdt men vast aan het systeem, het vlaggenschip van het Europese klimaatbeleid. Bij mij is de hoop weg. Na acht jaar worstelen moeten we toegeven dat het emissiehandelssysteem is mislukt. Een herstart zit er politiek gezien gewoon niet in.

Het doel van het emissiehandelssysteem is simpel: een hoge CO2-prijs, die innovatie stimuleert. Maar de CO2-prijzen zijn gekelderd. Kolencentrales floreren nu als nooit tevoren. De meest vervuilende bedrijven hoeven nauwelijks maatregelen te nemen om uitstoot tegen te gaan. Hoe je het ook went of keert, zo'n klimaatbeleid is ongeloofwaardig.

Door een aantal misvattingen houden veel mensen, ook met een groen hart, vast aan emissiehandel. Zij zeggen dat het grote doel van het klimaatbeleid, het terugdringen van de CO2-uitstoot, wordt gehaald. Brussel geeft immers een beperkte hoeveelheid rechten uit, de ‘cap'. Meer dan dat wordt niet uitgestoten. Maar die focus op de cap is verkeerd. Het gaat om de prijs van de rechten, want dat levert de prikkel op naar vergroening. Die prikkel is structureel te gering. Europa innoveert te weinig en bereidt zich niet goed voor op de energietransitie. Dit terwijl andere landen een technische voorsprong op ons opbouwen en de tijd dringt voor het klimaat.

Voorstanders van het emissiehandelssysteem hebben twee excuses voor de huidige bodemprijs voor CO2. De eerste is dat het systeem te slap is ingevoerd. Vervuilende bedrijven hebben vanaf het begin te veel rechten gekregen. Dat klopt, maar door de weigerachtige opstelling van het Europees Parlement blijft dit een probleem. Het tweede excuus is de recessie. De vraag naar energie en CO2-rechten is lager dan verwacht, en dus is de prijs laag. Ook dat argument overtuigt an sich onvoldoende.

De belangrijkste reden dat het emissiehandelssysteem niet werkt, is het oerwoud aan subsidies voor energie-efficiency en duurzame energie in Europa. Subsidies voor zonnepanelen, windmolens, het feed-in tarief, en honderden andere regelingen in zevenentwintig lidstaten. Ieder land, iedere provincie en zelfs iedere gemeente heeft zijn eigen steunmaatregelen. Al deze steun is goed bedoeld, maar de werking is desastreus. Ze laten de CO2-prijs dalen en ondermijnen de werking van het emissiehandelssysteem totaal. In feite pakken overheden met al deze subsidies de klimaatrekening op. De grote bedrijven kunnen als het ware in hun luie stoel blijven zitten.

De grootte van dit effect wordt gigantisch onderschat in het publieke debat. Uit simulaties die wij bij de Rijksuniversiteit Groningen hebben gedaan, blijkt dat zo de helft tot driekwart van het effect van duurzame energiesubsidies op het klimaat teniet wordt gedaan door ondermijning van het emissiehandelssysteem. Op deze manier gooien we dus zeg maar tweederde van iedere euro wind- of zonnesubsidie door het putje. Dat is dus een nogal dramatisch effect. Het tegelijkertijd invoeren van CO2-handel én het groene subsidieoerwoud lijkt een van de domste dingen die Europa ooit gedaan heeft.

De verantwoordelijkheid voor de CO2-uitstoot moet terug naar waar deze vooral thuis hoort: bij grotere ondernemingen die vallen onder het emissiehandelsstelsel. Zij veroorzaken de helft van de emissies in Europa. En dan moeten we kiezen: of hernieuwbare energie subsidiëren, of het CO2-emissiehandelssysteem.

Vrij abrupt stoppen met alle Europese energiesubsidies is politiek onhaalbaar. Daarom moeten we nu ophouden met het emissiehandelssysteem. Laten we meteen nadenken over alternatieven. Een CO2-belastingstelsel, liefst op Europese basis, moet daarbij hoog op de agenda komen.

Catrinus Jepma is professor Energie en Duurzaamheid aan de Rijksuniversiteit Groningen en professor Economie aan de Open Universiteit Heerlen. Hij is wetenschappelijk directeur van het Energie Delta Gas Research (EDGaR) en het EDIaal programma van het Energy Delta Institute.

Catrinus Jepma

Catrinus Jepma is hoogleraar Energie en Duurzaamheid aan de Rijksuniversiteit Groningen en wetenschappelijk directeur van het Energie Delta Gas Research programma (EDGaR) en van het EDIaal programma van het Energy Delta Institute. In zijn column schrijft hij over de energiemarkt.