Coby van der Linde: "Door veranderingen in de energiehandelsstromen zijn alle ontwikkelingen met elkaar verknoopt"
Er gebeurt weer van alles aan het energiefront. In de VS gaan kolenbedrijven failliet, in Venezuela werkt bijna niets meer en Saoedi-Arabië gaat zijn economie minder afhankelijk maken van olie. De lage olie en gasprijzen laten diepe sporen na. De productie van olie neemt in de VS inmiddels wel af omdat ook enkele schalieproducenten in de problemen zijn gekomen. Ook elders hapert de productie. De olieprijzen zijn sinds januari van dit jaar wel gestegen van rond de dertig dollar per vat naar bijna 50 dollar nu, maar zijn nog steeds flink verwijderd van een prijs die nieuwe investeringen aanmoedigt.
Zwak
In veel OPEC-landen vertoont de overheidsbegroting grote tekorten en moeten de bestedingen drastisch worden aangepast. In tegenstelling tot eerdere perioden van lage olieprijzen is het financieren van de samenleving op de oude voet niet langer houdbaar en moeten structurele aanpassingen de economie toekomst bestendiger maken. In verschillende OPEC-landen leggen de lage olieprijzen de zwakke structuur van de economie bloot.
Sop
Venezuela was al in de problemen bij olieprijzen boven de honderd dollar per vat door het totale mislukken van de Chavez-revolutie. Daarbij kwamen de afzetproblemen als gevolg van de Amerikaanse schalierevolutie zodat de Amerikaanse markt niet meer de natuurlijke markt was voor de Venezolaanse olie. Inmiddels worstelt het land bij de huidige lage prijzen met een complete ineenstorting van de economie. In een periode van krapte op de internationale oliemarkt zou een dergelijke ineenstorting onmiddellijk geleid hebben tot grote internationale aandacht, maar nu lijkt het erop dat de wereld de Venezolanen in hun eigen sop gaar laten koken.
Ondenkbaar
Veel aandacht was er wel voor de aangekondigde herstructureringsplannen in Saoedi-Arabië. Afgezien van het plan om een klein deel van de aandelen van het staatsbedrijf Saudi Aramco te verkopen en de opbrengsten in een speciaal investeringsfonds te stoppen, wordt ook de rest van de Saoedische economie op de schop genomen. Al in januari waren enkele energieprijzen verhoogd, maar de plannen strekken verder. De druk op de regering om meer banen te creëren is groot. De bevolking is zeer jong en veel jongeren stromen een arbeidsmarkt in die deze aantallen zonder drastische hervormingen niet kan absorberen. Hoewel lange tijd ondenkbaar, zal veel van het werk dat nu door buitenlandse arbeidskrachten wordt verricht door Saoediërs moeten worden gedaan.
““Nederland profiteert van de steun-moeheid in andere landen maar ook van technische ontwikkelingen””
‘Geschenk'
De bedoeling is verder dat er meer geïnvesteerd wordt in niet-olie sectoren, maar ook dat meer waarde wordt toegevoegd aan ruwe olie in het land zelf. De recente uitbreidingen van de raffinagecapaciteit zijn hier een uitvloeisel van. Het ontworstelen van de economie van de invloed van olie zal moeilijk zijn vooral als de olieprijzen zich uiteindelijk herstellen en de druk op de Saoedische economie ogenschijnlijk minder groot maken. Echter de druk van de jonge bevolking op de arbeidsmarkt is zo groot dat het land, hoe dan ook, zich zal moeten aanpassen. In die zin zijn de lage olieprijzen een ‘geschenk' voor beleidsmakers dat de urgentie van hervormingen onderstreept.
Wens
De drang om het energiebeleid te hervormen blijft echter niet beperkt tot olie of gas producerende landen. De Deense en Duitse overheden worstelen met de steun aan duurzame energie. De aandelen duurzaam in de stroomsector zijn in beide landen in de afgelopen jaren flink toegenomen. De kosten voor consumenten bij voortzetting van het staande beleid worden echter te kostbaar geacht. De wens om de markt de verdere uitbreiding te laten verzorgen lijkt sterker dan ooit. Deze uitbreiding zal, in eerste instantie, vooral in die landen plaatsvinden waar de steun vooralsnog niet ter discussie staat.
Spekkoper
Nederland is als relatieve laatkomer hier spekkoper. De eerste tender voor de nieuwe windparken op zee is pas gesloten. In de komende tijd volgen er meer. Verschillende consortia van bedrijven hebben aan de tender deelgenomen en de verwachting is dat de biedingen scherp zullen zijn. Nederland profiteert zo van de steun-moeheid in andere landen maar ook van de technische ontwikkelingen in deze sector. De organisatie van offshore wind is geëvolueerd door de zogenoemde stopcontacten op zee en een volgende stap is in voorbereiding.““Nederlandse windplannen op zee zijn in allerlei opzichten een verandering ten opzichte van de baanbrekers in Denemarken en Duitsland””
Grilligheid
De Nederlandse offshore-industrie zoekt nu naar mogelijkheden om de offshore wind en gas activiteiten te integreren, zodat nog meer efficiëntie kan worden behaald en de grilligheid van het aanbod beter kan worden opgevangen. Dat is belangrijk omdat de prijzen van elektriciteit niet veel investeringen ondersteunen en de mogelijkheid om alternatieve toepassingen voor de geproduceerde elektriciteit te vinden en te ontwikkelen mogelijk voor interessantere (business) cases kunnen zorgen.
Baanbrekers
De Nederlandse windplannen op zee zijn in allerlei opzichten een verandering ten opzichte van de baanbrekers in Denemarken en Duitsland. Wellicht dat het NOS Journaal binnenkort zijn verhaal moet aanpassen en niet langer kan spreken van slechtste jongetje in de klas maar moet veranderen naar slimste, want mijn Oma zei al: Hardlopers zijn doodlopers. Ik begreep daar toen niets van, maar langzamerhand begint het me te dagen. Onze buren moeten zich nu gaan beraden op het vervangen van de ‘oude' capaciteit en het vasthouden van de huidige aandelen duurzaam in de stroommix. Gezien de opdracht voor 2030 wordt dat nog wel een ding.
Verknoopt
De inrichting van de energie economie gaat dus overal op de schop om zeer uiteenlopende redenen. Hoewel de ontwikkelingen zoals beschreven weinig met elkaar van doen lijken te hebben is niets minder waar. Door de veranderingen in de energiehandelsstromen zijn alle ontwikkelingen met elkaar verknoopt tot een dynamisch geheel. De internationale ontwikkelingen zijn daarom van groot belang voor het snappen van de nationale dimensies van de energie-economie.
Coby van der Linde is directeur van het Clingendael International Energy Programme (CIEP)