Sible Schöne: "Zet een klantenvolgsysteem op"
De introductie van het energielabel heeft veel kritiek opgeroepen. Het systeem zou fraudegevoelig zijn en niet ervoor zorgen dat we massaal onze woning gaan isoleren. Een iets zorgvuldiger analyse laat weinig heel van deze kritiek. Desondanks moet de introductie van het label wel worden beschouwd als een gemiste kans.
Het nieuwe energielabel is een label op drie niveaus. Het Rijk heeft op basis van kenmerken als bouwjaar, type woning en het aantal vierkante meters een indicatief label opgesteld (niveau 1). Iedere eigenaar/bewoner kan dit indicatieve label zelf aanpassen met aanvullende informatie over genomen maatregelen (niveau 2). Daarbij is uiteraard fraude mogelijk. Het belang hiervan is echter nihil, omdat het label pas echt nodig is bij een verhuizing. Dan moet het label echter worden vastgesteld door een onafhankelijk adviseur, die daadwerkelijk het huis bezoekt en nagaat of de gemelde maatregelen daadwerkelijk genomen zijn (niveau 3). Dus waarom zou iemand frauderen?
Het
alternatief dat de critici voorstellen is een verplicht onafhankelijk
vastgesteld energielabel voor alle woningen. De vraag is of dit haalbaar is en
wat het nut hiervan is. Een verplicht energielabel betekent concreet dat er dit
jaar zo'n drie miljoen particuliere woningen moeten worden bezocht door
EPA-adviseurs. Kosten naar schatting € 1.2 miljard en in de praktijk nauwelijks
uitvoerbaar. Bovendien leren de ervaringen van onder andere Blok voor Blok dat
een eenmalig bezoek aan een woning in de praktijk niet tot veel besparing
leidt. Het is belangrijk dat mensen er vaker aan herinnerd worden en dat ook
andere buurtbewoners zichtbaar maatregelen nemen en daar tevreden over zijn.
Het
verplichten van een niveau 3 label bij verhuizingen is wel rationeel. Een
verhuizing is een natuurlijk moment voor een verbouwing. Nieuwe bewoners kunnen
op basis van het label besluiten om de hypotheek iets te verhogen en daarmee
besparingsmaatregelen te financieren.
““Een leuke vakantie of een nieuwe keuken is belangrijker””
Mijn argument om de invoering van het energielabel toch is gemiste kans te noemen, is mijn overtuiging dat de invoering van het label onderdeel had moeten zijn van een systematische besparingsaanpak voor eigenaar-bewoners op basis van de lessen uit het verleden.
De belangrijkste les is dat zeer veel mensen interesse hebben in energiebesparing, maar dat als puntje bij paaltje komt het onderwerp te onbelangrijk is en het aanbod te diffuus. Een leuke vakantie of een nieuwe keuken is belangrijker. Het programma Blok voor Blok leert dat het gemiddeld anderhalf jaar duurt voordat mensen daadwerkelijk een maatregel nemen, en dat dit alleen gebeurt als ze met enige regelmaat hieraan worden herinnerd en het aanbod deugt. In onder andere Leeuwarden en Groningen is een systeem ontwikkeld dat redelijk succesvol is. Kernpunten hiervan zijn een klantvolgsysteem en een toegankelijk aanbod.
Om de ambitieuze doelstelling van het Energieakkoord te halen (150.000 particuliere woningen per jaar goed isoleren) moet in mijn ogen VNG met steun van de netwerkbedrijven en lokale burgerinitiatieven landelijk een klantvolgsysteem moeten opzetten. Aanvullend daarop moeten Bouwend Nederland en Uneto-VNI de verbetering van het aanbod regelen. Binnen een dergelijke samenhangende aanpak had het verplichte energielabel kunnen werken als redelijk effectief middel kunnen werken om mensen te vragen of ze - door toetreding tot het klantvolgsysteem - onafhankelijke ondersteuning willen bij het nemen van besparingsmaatregelen.
Dan heb je een plan dat is gebaseerd op de ervaringen uit het verleden.
Sible Schöne is Programma Directeur van HIER Klimaatbureau