Gasbaten geen belemmering voor energiebesparing
#energiebesparing
Gertjan Lankhorst is CEO van GasTerra
Een groot probleem bij het maken van energiebeleid - en overigens ook bij heel veel ander beleid - is dat het lastig is om met kennis van zaken onjuiste maar hardnekkige opvattingen te bestrijden. John Kerkhoven getuigt er in zijn column ‘Harde cijfers' regelmatig van op deze site.
Tegenwoordig lijkt de opvatting van de toevallige voorbijganger op straat gemakkelijker het nieuws te halen dan die van de deskundige. Kijk vanavond maar weer eens naar het Journaal.
Natuurlijk mag dat allemaal. Iedereen heeft recht op een mening. Idealen en subjectieve gevoelens zijn bovendien op de keper beschouwd ook feiten waar beleidsmakers rekening mee moeten houden. Doen ze dat niet, dan is de kans dat op zich verstandige beleidsvoornemens niet tot uitvoering komen, betrekkelijk groot.
Het is echter de rol van deskundigen om aan de hand van meetbare feiten en cijfers het nodige tegenwicht te bieden. In dat licht is het jammer dat sommigen onder hen zich te vaak door de waan van de dag laten meeslepen en in één moeite door een loopje nemen met de feiten. Dat maakt hun analyses misschien wel smeuïger voor het publiek, maar het helpt niet om tot goed afgewogen beleid te komen.
Neem Marcel aan de Brugh. In NRC Handelsblad van 4 oktober jl. maakt hij een nieuwsanalyse van de Green Deals, die het kabinet de dag ervoor had afgesloten. Hij stelt dat de positie van Nederland het lastig maakt het land duurzamer te maken. Als voorbeeld daarvan wijst hij op de aardgasconsumptie in Nederland: "Besparen op het gasverbruik, bijvoorbeeld door huizen radicaal te isoleren, snijdt in de gasinkomsten."
Beste meneer Aan de Brugh, als dat waar zou zijn, dan is Nederland wel heel dom bezig geweest de afgelopen 25 jaar. Het gasverbruik in Nederlandse woningen is gehalveerd van gemiddeld 3100 m3 per jaar naar 1600 m3 per jaar. Hoe dat komt? Niet door de klimaatverandering, maar dankzij isolatie en het op grote schaal plaatsen van efficiëntere ketels. Daarbij heeft de Nederlandse overheid een belangrijke rol gespeeld door bouwnormen aan te scherpen. En de producenten, transporteurs en handelaars van aardgas door mee te helpen aan de ontwikkeling van steeds zuiniger cv-ketels. Eerst ketels met verbeterd rendement, daarna met hoog rendement en inmiddels zijn er apparaten met extra hoog rendement (HRe) op de markt, die zelf stroom op kunnen wekken.
Waarom doen die bedrijven dat eigenlijk? Niet omdat ze dom zijn, maar omdat ze verder kijken dan hun neus lang is. Omdat ze beseffen dat je een product alleen maar succesvol kan verkopen als je het voortdurend verbetert. De gasmoleculen zelf zijn niet beter te maken, dus moet je werken aan de apparatuur waarmee ze worden verstookt. Tegenwoordig noemen we dat maatschappelijk verantwoord ondernemen, maar het principe zit al sinds de jaren zeventig in de genen van de Nederlandse gasindustrie.
Ook in de toekomst zal gas een belangrijke rol blijven spelen in de Nederlandse energievoorziening. Om een duurzame toekomst te bereiken moet er nog veel gebeuren. Het is een lange weg. Een relatief schone en flexibele brandstof als gas is daarbij onmisbaar om de duurzame opties in het zadel te helpen.
Volg ons op Twitter: @energiepodium