Zoeken

Nederland kan vanaf 2020 zonder kolencentrales

Greenpeace stelt in een nieuw energiescenario dat Nederland vanaf 2020 zonder kolencentrales toe kan. Volgens het rapport wordt het technisch haalbaar om de kolenstroom in de energiemix te vervangen door wind- en zonne-energie. "Mensen vinden groene energie fantastisch. Je moet wel goed cynisch zijn als je die dynamiek niet wil zien."


Kolenstroom heeft een substantieel aandeel in de Nederlandse energiemix. In 2011 zorgde kolen voor 18,4% van de elektriciteit. Greenpeace vindt die prominente plaats van kolen maar niets. Daarom vroeg de milieuorganisatie het Duitse Lucht- en Ruimtevaartinstituut te onderzoeken of het in Nederland ook zonder kan. De conclusie: Vanaf 2020 is het technisch haalbaar om Nederland van energie te voorzien zonder kolencentrales. Ook de kerncentrale in Borssele zou in 2020 dicht kunnen.

Hoe ambitieus is dat? Joris Wijnhoven, Campagneleider Energie en Klimaat bij Greenpeace: "We hebben genoeg mogelijkheden voor duurzame energie en genoeg back-up met de gascentrales die nu uit of op een laag pitje staan." Die hernieuwbare alternatieven bestaan volgens het Duitse instituut met name uit wind op land, wind op zee en zonne-energie. "Er zal fors op deze bronnen ingezet moeten worden, maar technisch is het mogelijk."

Politieke haalbaarheid

Het nieuwe Greenpeace-rapport spreekt enkel over die technische haalbaarheid en niet over de politieke mogelijkheid. Wijnhoven beaamt dat, maar hij is optimistisch over de politieke haalbaarheid van het kolenvrije scenario. "Uiteindelijk is het de politiek die bepaalt wat de wenselijke energiemix is. We hebben de energiebedrijven geprivatiseerd, maar de marktomstandigheden worden toch nog wel degelijk bepaald door de politiek. Dat zijn uiteindelijk de mensen zelf. En die zijn enthousiast."

Wijnhoven is met name hoopvol door de transitie in Duitsland, waar een politieke keuze gemaakt is voor een energiemix zonder kernenergie en met duurzame energie. "Linkse en rechtse regeringen hebben gezegd: ‘we willen ervan af en we weten wat het kost'. Mensen hebben dat ervoor over. Na de keuze om over te schakelen op groene stroom is er een dynamiek op gang gekomen. Mensen vinden het fantastisch, overheden zijn ambitieus. Je moet wel goed cynisch zijn als je die dynamiek niet wil zien."

Goedkope energie

Wijnhoven is niet bang dat mensen schrikken van de prijzen van hernieuwbare energie, die nu hoger zijn dan die van kolenenergie. "Mensen zijn bereid dat te betalen", zegt hij. Hij zegt bovendien dat een energievoorziening gebaseerd op hernieuwbare bronnen volgens het nieuwe Greenpeace-scenario op termijn 5 procent goedkoper kan zijn.

Daarnaast, zegt hij, mag kolenenergie op dit moment goedkoper zijn, er zijn ook veel kostenposten die niet in de prijs doorberekend worden, maar die volgens hem op de maatschappij afgewenteld worden. "In Nederland lopen mensen bijvoorbeeld voor 400 miljoen euro aan gezondheidsschade op door kolencentrales. Dat zit niet in de kolenprijs."

Er zou daarom een goed prijssturingsmechanisme nodig zijn, waarmee een ‘eerlijker' prijs wordt bereikt. In die prijzen zouden ook maatschappelijke kosten van kolencentrales moeten terugkomen, vindt Wijnhoven. Hij hoopt dit met CO2-beprijzing te bereiken, maar is sceptisch over wat het Europese systeem ETS in dat opzicht kan betekenen. Tot 2020 verwacht hij geen CO2-prijs die prikkelt tot energiebesparing en innovatie. "Het is dan bijna onvermijdelijk in Nederland maatregelen te nemen. Als het in Europa niet lukt, moeten we hier een prijskaartje aan CO2 gaan hangen. Onlangs heeft Dick Benschop [president-directeur van Shell Nederland, red.] daar suggesties voor gedaan." Zonder een voorkeur uit te spreken noemt Wijnhoven een bodem in de CO2-prijs en het verhogen van de kolenbelasting 'prima methodes' om de prijs te sturen.

Gedane investeringen

Greenpeace ziet de centrales het liefst zo snel mogelijk gesloten worden. Het is de vraag of hun eigenaren dat ook zo zien. Kolencentrales hebben door de grote investeringskosten een lange terugverdientijd. Energiebedrijven kunnen daarom huiverig zijn ze snel te sluiten ten faveure van wind- en zonnestroom. Maar dat, vindt Wijnhoven, is niet het probleem van de samenleving. Wie een investering doet die eventueel onverstandig is, doet dat toch echt zelf, zegt hij, daar hoeven anderen niet voor op te draaien. "Het is hun bedrijfsrisico. Het is niet zo dat energiebedrijven in een maatschappelijk vacuüm opereren. Er is ook nog zoiets als wat de samenleving ergens van vindt." Bovendien, vindt Wijnhoven, dragen alle elektriciteitsmaatschappijen in Nederland samen ook een zeker risico. "Zij hebben namelijk samen gekozen voor een waanzinnige overproductie in de markt, vanuit een veel te optimistisch idee over waar je alle stroom zou kunnen laten. Dat is primair hun probleem."

Industrie

Wijnhoven zegt er met het nieuwe scenario niet op uit te zijn het de industrie moeilijk te maken met hogere stroomprijzen. Hij ziet nog wel een paar andere redenen waarom chemische bedrijven in Nederland zitten, zoals de goed geschoolde werknemers, de strategische ligging ten opzichte van het Europese achterland en de relatieve arbeidsrust. Uiteindelijk, zegt hij, is het de concurrentiekracht van de Europese industrie om zuinig te kunnen produceren. "Er zit hier ontzettend veel technische kennis. Juist een wat hogere energieprijs kan bedrijven stimuleren om maximaal innovatief te zijn."

"Wij zijn er niet op uit om Tata Steel of de chemische bedrijven Nederland uit te krijgen. Het is voor de werkgelegenheid relevant en wij zien ook wel in dat bedrijven die ergens anders gaan produceren het niet per se op een schonere manier doen dan nu in Nederland. Maar het dreigement ‘Wij zijn weg als het te gek wordt' nemen we wel met een korreltje zout. Toen Tata Steel onder druk werd gezet om minder fijnstof uit te stoten, omdat de overheid het niet meer accepteerde, hebben ze hemel en aarde bewogen om dat te voorkomen, maar uiteindelijk hebben ze zich gewoon aangepast. Dat bleken ze best te kunnen."

Joris Wijnhoven

Joris Wijnhoven werkt bij de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie

Op twitter is hij actief onder @JorisWijnhoven