Flexibele gasproductie kan tegen wind in dansen
#energietransitie
Catrinus Jepma is hoogleraar Energie en Duurzaamheid aan de Rijksuniversiteit Groningen en wetenschappelijk directeur van het Energie Delta Gas Research programma (EDGaR) en van het EDIaal programma van het Energy Delta Institute.
Wind en gas hebben gemeen dat je beide kunt inzetten voor stroomproductie. Je zou daarom kunnen denken dat ze elkaar beconcurreren en op de tenen trappen: bij meer windenergie moet de gascentrale inschikken. Deze gedachte is echter fout. Windenergie heeft gas namelijk in veel gevallen nodig om te kunnen dansen op de wind. It takes two to tango.
Drie fundamentele verschillen tussen stroom en gas zijn hiervan de oorzaak:
1. De opslag van stroom is lastig en duur; die van gas gemakkelijk en goedkoop (de opslagcapaciteit in Europese Unie gaat richting 100 miljard kubieke meter).
2. Op de stroommarkt moeten vraag en aanbod altijd in balans zijn; bij gas niet vanwege de mogelijkheid van opslagfluctuatie.
3. Wind kun je niet regelen, gas wel.
De rol van windstroom gaat onder invloed van de klimaatdiscussie in Noordwest-Europa hoe dan ook toenemen. Daarmee neemt ook de grilligheid van het stroomaanbod toe. De capaciteitsschattingen voor 2025 voor wind van de Noordzee alleen al variëren ruwweg van 50 tot 150 gigawatt capaciteit, met een hoofdrol voor Duitsland en mogelijk het Verenigd Koninkrijk. Stel: het wordt ruim 100 gigawatt met zo'n 40 gigawatt voor het Verenigd Koninkrijk (onthoud dat laatste getal voor de rest van het betoog).
Een recente op deze realistische uitgangspunten gebaseerde simulatie voor het Verenigd Koninkrijk (H.V. Rogers, The Impact of Import Dependence and Wind Generation on UK Gas Demand and Security of Supply to 2025, The Oxford Institute For Energy Studies, augustus 2011) geeft aan dat bij de huidige (circa 5 gigawatt) windcapaciteit in het Verenigd Koninkrijk, de stroomproductie op basis van gas (op dagbasis) gemiddeld 10 procent moet ‘inschikken' voor wind (dat altijd voorgaat). Gaat de windcapaciteit groeien naar zo'n 15 gigawatt, dan loopt dit percentage op richting maximaal 50, bij 30 gigawatt naar maximaal 100% en bij 40 gigawatt naar soms meer dan 100 procent.
Dit laatste betekent dat - om balans te houden - wind moet worden stilgezet, tenzij de stroom valt te exporteren. Wat betekent dat voor de positie van gas? Belangrijk is om te realiseren dat het aanbod van flexibele stroom uit kolen en kernenergie hoogstwaarschijnlijk beperkt blijft. Ook de Duitsers opteren in hun jongste energieplannen vooral voor efficiënte gascentrales in plaats van steenkool.
Kortom, de voor het Verenigd Koninkrijk voor 2025 voorziene uitbreiding van de windcapaciteit kan alleen maar als gascentrales bereid en in staat zijn er in belangrijke mate ‘tegen in te dansen'. Vergelijkbare beelden beginnen te ontstaan voor andere Noordzeelanden.
Inderdaad, zonder gas geen wind. It takes two to tango.
Volg ons op Twitter: @energiepodium