Karel Beckman: "Er is geen pad voor de energietoekomst"
Discussies over energie hebben - het valt niet te ontkennen - vaak een ideologische lading. "Let's cut the green crap", zou de Britse conservatieve premier Cameron zich onlangs hebben laten ontvallen. Duurzame energie als linkse hobby, dat klinkt bekend.
Je ziet het ook op andere terreinen. Kernenergie. Links is tegen, rechts voor. Piekolie. Volgens links raakt de aarde leeg, volgens rechts is dat onzin. Klimaatverandering. Schaliegas.
Ik beken: als overtuigd liberaal heb ik een aantal standpunten die redelijk binnen deze politiek-correcte kaders vallen. Ik geloof niet zo erg in klimaatrampen. Of in piekolie. Of in offshore windparken. Ik heb ook geen principiële bezwaren tegen kernenergie of schaliegas.
Toch geloof ik in nut en noodzaak van een energietransitie. Waarom? Aan fossiele energie zitten nadelen die niets met ideologie te maken hebben. Luchtverontreiniging. Milieuschade. Klimaatverandering wordt volgens mij overdreven, maar is wel een risico.
En de olie mag dan nog niet op zijn, hij wordt wel duur betaald. Vorig jaar heeft de EU € 545 miljard uitgegeven aan de invoer van fossiele brandstoffen. Op zichzelf is met importeren niets mis, maar dit geld gaat voor het grootste deel naar Staten en Staatsbedrijven die het gebruiken om zichzelf te verrijken en hun bevolking koest te houden. Dan zie ik het liever worden besteed aan het particuliere bedrijfsleven in Europa.
Wat kernenergie betreft - je wilt de wereld toch niet volzetten met die lelijke, gevaarlijke krengen als je het enigszins kunt vermijden?
Wat me daarentegen aanspreekt in met name zonne-energie is de decentralisatie die erbij hoort. Iedere consument zijn eigen producent. Het aanbod schept zijn vraag, de vraag schept zijn aanbod. De totale concurrentie. In welke sector vind je zoiets? Dat zou iedere liberaal moeten aanspreken.
““Het eigenlijke twistpunt tussen links en rechts zou moeten zitten in de rol van de staat versus de rol van de markt””
In de Verenigde Staten, waar het ideologische debat minstens zo hard woedt als in Europe, zie je de laatste tijd dat libertariërs (radicaal-liberalen) steeds enthousiaster worden over zonne-energie, omdat ze inzien dat decentralisatie een remedie is tegen gecentraliseerde macht.
Want daar zit natuurlijk het eigenlijke twistpunt tussen links en rechts. Daar zou het althans moeten zitten: niet in de energie, maar in de rol van de staat versus de rol van de markt.
Als liberaal heb ik moeite met de miljardensubsidies voor offshore wind, niet met de offshore wind zelf. En ja, met miljardensubsidies voor zonne-energie - waarvan ik geloof dat ze niet nodig zijn.
Wat we nodig hebben is een visie op energietransitie die links en rechts overstijgt. Die tevens bestaande belangen overstijgt.
Op de Energy Convention onlangs in Groningen, georganiseerd door Energy Academy Europe, presenteerde Amory Lovins van het Rocky Mountain Institute in Colorado zijn visie op een Amerika zonder kolen, olie en kernenergie in 2050. (Ja, u leest het goed.) Linkse prietpraat? Nee, het mooie aan de droge en degelijk onderbouwde groene toekomstvisie van Lovins was dat het vooral ging over hoe je er geld mee kunt verdienen.
Het boek dat Lovins hierover heeft geschreven heet: "Re-inventing Fire." De herontdekking van de energie. Harry Mulisch-waardig. Maar de ondertitel luidt: "Bold business solutions for the new energy era". Mark Rutte-waardig.
Belangrijk puntje: die "business solutions" van Lovins zijn er niet op gericht om de gevestigde orde te vriend te houden. Hij ziet - bjivoorbeeld - voor de Shells van deze wereld geen toekomst, tenzij ze zich omvormen. In het voorwoord van het boek schrijft de President van Shell Oil Company, Marvin Odum: "Our current energy system is not without an array of hidden costs and disadvantages - and there is room for exponentially more change than we have already seen."
Waarom hebben wij niet zo'n visie in Nederland?
Hoe zit het volgens Lovins dan met de rol van de staat? De staat moet grenzen stellen. Met name aan de uitstoot van CO2, dat kan de markt zelf niet doen. De staat moet normen stellen. Efficiencynormen voor producten, huizen, elektriciteitscentrales. Om de markt de goede kant op te duwen. De staat moet markten openbreken. Met andere woorden, zorgen dat regulering nieuwkomers helpt in plaats van in de weg staat. En de staat moet markten aan elkaar knopen: systemen, infrastructuur.
Het boek van Lovins begint met een citaat van de Spaanse dichter Antonio Machado: Caminante, no ho hay camino - Se hace camino al andar. Wandelaar, er is geen pad - Het pad wordt gemaakt door te wandelen.
De staat, zeg ik dan maar, moet ervoor zorgen dat wij kunnen wandelen: links en rechts om zich heen maaien en het struikgewas opruimen.
Helaas is deze wijsheid aan onze politici, zakenmensen en actievoerders niet besteed. Ze willen allemaal het pad bepalen. Waardoor we steeds weer in het struikgewas verstrikt raken.
Karel Beckman is hoofdredacteur en mede-oprichter van de onafhankelijke website Energy Post.eu. Daarvoor was hij vijf jaar hoofdredacteur van European Energy Review en zes jaar energie-redacteur bij het Financieele Dagblad.