In het hoofddocument van het NPE komt het woord ‘onzeker’ maar liefst 23 keer voor. Bijna net zo vaak als het woord ‘sturen’. Daar zit verband tussen. Onzekerheid maant immers tot voorzichtigheid. Wachten is dan de aangewezen strategie. Dat staat echter haaks op de snelheid die wordt gevraagd. Dus gaat de overheid harder sturen, wat de onzekerheid nog verder vergroot. Een cirkel die leidt tot steeds meer staatsinterventie.
De Nederlandse kolencentrales hebben hun lesje geleerd, zeker nu blijkt dat ze niet schadeloos worden gesteld. Vattenfall kan er over meepraten. Niet alleen met haar Diemencentrale, maar ook omdat zij zo moedig was het eerste subsidieloze windpark op zee in Nederland te bouwen. Vervolgens besloot de Nederlandse overheid om overigens goede redenen doodleuk tot 10 GW extra wind op zee in 2030. Dat levert voor Vattenfall uiteraard sterk dalende elektriciteitsprijzen op, zodra het lekker waait. Inmiddels wacht Nederland op de investeringsbesluiten voor elektrolyseprojecten. De subsidies zijn al toegezegd en de stroomsector moet voor 2035 CO2-vrij worden. Maar na het positieve besluit van Shell van vorig jaar zomer is het erg stil geworden. Wie durft nog?
“Een consistent overheidsbeleid helpt, hoewel dat wellicht teveel gevraagd is tijdens de transitie”
Dat speelt niet alleen in Nederland. Deze zomer moest Vattenfall de ontwikkeling van een 1,4 GW Brits offshore windpark stoppen vanwege de plotsklaps gestegen kosten, zonder dat de opbrengst meebewoog. Het leverde het bedrijf een verlies op van een half miljard euro. Op de laatste tender voor nieuwe Britse offshore windparken heeft trouwens geen enkel bedrijf ingeschreven. Een klap voor de Britse overheid, die haar ambitie voor 50 GW wind op zee in 2030 geen goed doet.
De huidige netproblemen zijn evenzo een verrassing. Ik kan me althans niet herinneren dat het überhaupt een issue was toen in 2019 het Klimaatakkoord werd gesloten en de elektrificatie werd aanbevolen. Evenmin werd destijds gedacht aan de enorme stijging van de nettarieven, waardoor thans menig transitieproject sneuvelt. Over het niet vullen van de gasopslagen in 2021 door marktpartijen is al voldoende geschreven. Gelukkig zijn er ook positieve verassingen. RVO meldde deze week dat er in 2025 al 30 GW zonPV in Nederland zal staan. Een jaar geleden verwachtte het PBL dat die mijlpaal pas in 2030 zou worden gehaald.
Het is belangrijk dat we de onzekerheid beseffen en anticiperen op schokken. De robuustheid in het NPE helpt daarbij. Daarnaast is het belangrijk de onzekerheid niet onnodig aan te wakkeren. Een consistent overheidsbeleid helpt dus, hoewel dat wellicht teveel gevraagd is tijdens de transitie. Heel jammer daarom dat gemaakte afspraken door de politiek wederom ter discussie worden gesteld. Inzicht in de verwachte ontwikkeling van de nettarieven helpt ook. Idealiter zouden er langjarige transportovereenkomsten met tariefzekerheid afgesloten moeten kunnen worden. Dit laat onverlet dat er verrassingen zullen blijven. Dat vergt flexibiliteit en proactief nadenken.
“Het blijkt extreem aantrekkelijk bij problemen af te wachten en te hopen dat het wel meevalt”
Voor het vullen van de gasopslagen en de netverzwaring was er geen alternatief plan. Chaos en tijdverlies was het gevolg. Zou de overheid wel een plan hebben als resultaten uitblijven voor de gewenste elektrolyseprojecten, wind op zee, CCS of als TenneT waarschuwt voor afnemende leveringszekerheid? En zo ja, hoelang blijft de overheid op haar handen zitten, voordat zij in actie komt om dat plan uit te voeren?
Dat laatste is enorm belangrijk. Het blijkt namelijk extreem aantrekkelijk bij problemen af te wachten en te hopen dat het wel meevalt. Neem het vullen van de gasopslagen. Terwijl iedere deskundige vanaf juli 2021 moord en brand schreeuwde, oordeelde de Europese regulator nog in oktober dat er niets aan de hand was en kwam er in november nog een geruststellende brief van de minister van EZK. Vervolgens brak de oorlog uit. Wat hebben we ongelooflijk geluk gehad dat het die winter niet koud werd! Andere voorbeelden zijn warmtenetten, groen gas en de vormgeving van de SDE, die er mede de oorzaak van is dat we nu zulke grote netproblemen hebben.
“Aan de onzekerheden die het NPE noemt, zou ik er nog wel een paar willen toevoegen, die het speelveld fors kunnen veranderen”
Aan de onzekerheden die het NPE noemt, zou ik er nog wel een paar willen toevoegen, die het speelveld fors kunnen veranderen. Stel dat batterijen extreem goedkoop worden? Stel dat de gemiddelde windsnelheid boven de Noordzee afneemt, waardoor Nederland in 2050 geen 7 GW maar 20 GW aan kerncentrales nodig heeft? Stel dat het rendement van waterstof elektrolyse boven de 95% komt, zoals op laboratoriumschaal al is aangetoond, waardoor waterstof door veel goedkoper transport en opslag voor veel meer sectoren aantrekkelijk wordt? Denk ook aan het kritische rapport van de Europese Rekenkamer over wind op zee. Stel dat de Europese rechter de bouw van nieuwe offshore windparken daarom vanuit het voorzorgsbeginsel verbiedt! Vleermuizen die isolatiemaatregelen dwars zitten zijn al erg genoeg. Een politieke ban op biomassa heeft eveneens grote gevolgen, evenals een blijvend hoge rente op de kapitaalmarkt. Laten we ook de gevolgen voor Nederland van het beleid in de buurlanden niet vergeten. U mag hieraan uw suggesties toevoegen.
Ik stel voor aan het NPE een hoofdstuk toe te voegen. Daarin zouden de voornaamste onzekerheden (aannamen) beschreven moeten worden, die het energiesysteem van 2050 significant kunnen beïnvloeden. Vervolgens zou de kans van optreden en de impact ervan in kaart moeten worden gebracht. Daarna zou voor de grootste risico’s en kansen geschetst moeten worden op welke wijze daarop zal worden ingespeeld, mochten die zich voor doen, en vooral wanneer tot actie zal worden overgegaan. Een dergelijke analyse maakt ons slagvaardiger de gewenste doelen te halen in een onzekere wereld. Tevens wordt de overheid op die wijze voorspelbaarder. Daardoor wordt het voor marktpartijen iets eenvoudiger investeringsbeslissingen nemen. Wellicht dat daardoor de cirkel richting steeds meer staatsinterventie kan worden doorbroken.