Olof van der Gaag over het aan de klimaattafels voorkomen van ‘kluitjesvoetbal'
Het tempo van de energietransitie kun je verschillend beleven, merkte ik vorige week weer eens. Het CBS kwam met de ontnuchterende cijfers over 2017: we zijn gegroeid van 6 procent duurzame energie naar 6,6 procent. Onze plek onderaan de Europese ranglijst weten we dus nog even vast te houden. Deze score is minder gunstig dan de prognose van het Planbureau voor de Leefomgeving in de Nationale Energieverkenning: die was 7 procent voor 2017. En voor de volledigheid: in die prognose voldeed Nederland niet aan de doelstelling uit het Energieakkoord en de Europese verplichting van 14 procent in 2020. Te snel gaan we dus niet, zou je zeggen; weerbarstig is het wel, zeker omdat tegelijkertijd het energieverbruik verder is gestegen.
Ik was dus verbaasd dat bijvoorbeeld Maxime Verhagen namens Bouwend Nederland Diederik Samsom verweet dat hij te hard van stapel loopt met die aardgasvrije huizen in het Klimaatakkoord. Een pleidooi voor boter bij de vis en concrete maatregelen gekoppeld aan ambities lijkt me buitengewoon terecht, maar erg snel gaan we toch niet in het aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving. Overigens is het natuurlijk ook weinig productief om de plannen af te schieten voor ze er zijn - terwijl je zelf aan tafel zit en elke dag kunt bijdragen aan betere plannen.
De energietransitie is niet alleen een technische of economische transitie maar ook een sociale, ook in de bestuurlijke wereld. Een goeie maand voor de deadline van de hoofdlijnen van het Klimaatakkoord hoor ik steeds vaker de verzuchting dat het allemaal zo snel moet, dat akkoord. En het is ook ambitieus, een akkoord smeden met wel honderd partijen in de helft van de tijd die er nodig was om tot een regering met vier partijen te komen. Maar veel discussies zijn al lang bekend en al vele malen gevoerd - en de meeste problemen worden niet makkelijker door keuzes uit te stellen. Bovendien gaat het om de hoofdlijnen van een akkoord, nog niet om een gedetailleerd en doorgerekend akkoord.
“Deelnemers uit de innovatie-wereld zien primair een ‘innovatie-opgave’ in plaats van een probleem”
Daarom is het zo leuk en goed dat er aan de klimaattafels ook nieuwe gezichten en nieuwe geluiden verschijnen. Het voorkomt kluitjesvoetbal en oude bestuurlijke reflexen waarin elke verandering een bedreiging lijkt. Sommige mensen voeren al 25 jaar hetzelfde gesprek met elkaar en weten bijna wat de ander gaat zeggen voor die het zelf weet. Zeer nuttig om al die ervaring te kunnen benutten maar ook zeer verfrissend om ‘new kids on the block' aan het werk te zien. Bijvoorbeeld het pleidooi van de nieuwe klimaat- en energiekoepel van young professionals gaat uit van: wat is er nodig om hogere ambities wel te halen? Deelnemers uit de innovatie-wereld zien primair een ‘innovatie-opgave' in plaats van een probleem.
Tegelijkertijd is het cruciaal om te leren van de vele ambities die in de praktijk niet zijn waar gemaakt. Veel problemen zijn oplosbaar - maar dan moet je die oplossingen wel doorvoeren. Het is nu misschien makkelijker te verkopen dat je met bescheiden maatregelen grote doelen kunt realiseren - maar het is eerlijker om te zeggen dat grote doelen ook vaak grote maatregelen vergen. Bijvoorbeeld door de snelle kostendaling van duurzame energie is de transitie al een slag betaalbaarder geworden maar dat is niet genoeg om ingrijpende en politiek gevoelige keuzes te omzeilen. Gezien de prestaties uit het verleden kun je beter een oplossing te veel dan te weinig hebben - zodat kranten straks kunnen schrijven dat de doelen van het Klimaatakkoord al weer zijn overtroffen.
Dat helpt om tegenvallers op te vangen. Want onvermijdelijk gaan er dingen mis. Overigens zijn sommige problemen heerlijk om te hebben omdat we dan al heel ver zijn; en is de oplossing nu nog niet ‘groot' omdat het probleem nog niet groot is. Bijvoorbeeld de behoefte aan flexibiliteit, opslag en regelbaar vermogen in een elektriciteitssysteem met veel zon en wind. Goed om nu te investeren in innovatie en demonstratieprojecten maar geen reden om de boel te vertragen. En uiteindelijk geldt in deze transitie ook: als alles onder controle lijkt, ga je niet snel genoeg (*).
----------------------------
(*) Mario Andretti (raceauto coureur)
Olof van der Gaag is directeur bij de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE). Op Twitter is hij te volgen onder @olofvdgaag De NVDE is een ondernemersorganisatie van ruim 1.000 bedrijven voor 100% duurzame energie