Anton Buijs, GasTerra: "Gassector kiest voor relevantie
op lange termijn"
Het antwoord hierop is eenvoudig: maatschappelijke verantwoordelijkheid én welbegrepen eigenbelang. De gassector staat voor een keuze. Wil zij zoveel mogelijk inkomsten op korte termijn of blijvende relevantie op lange termijn? Kiezen zij voor het laatste, dan moeten gasbedrijven actief meewerken aan de noodzakelijke transitie naar een klimaatneutrale energievoorziening en deze, wegens de urgentie, zelfs helpen versnellen. Werkt de industrie daar niet aan mee, dan zal zij door steeds meer mensen terecht worden gezien als onderdeel van het probleem in plaats van de oplossing. Uiteindelijk zal dat onvermijdelijk leiden tot het verlies van de maatschappelijke licence to operate en, dus, het verlies van continuïteit.
Sommigen zouden zo'n ontwikkeling begroeten als een zegen, maar deze overtuiging miskent dat de betrokken bedrijven nog decennia lang onmisbaar zijn voor onze energievoorziening. Voor de vergroening van de energiemix ook trouwens. Fossiele energiedragers als aardgas, benzine en diesel kunnen we immers (deels) vervangen door hernieuwbare brandstoffen zoals groen gas en waterstof. Die duurzame producten zullen we even hard nodig hebben als windparken, windmolens en warmtenetten om de ambitieuze emissiereductiedoelstellingen te halen die voortvloeien uit het klimaatakkoord van Parijs. Net als de expertise en middelen van de energiebedrijven die deze producten maken, vermarkten en distribueren. Niet toevallig zijn dit voornamelijk dezelfde ondernemingen die nu nog het meeste geld met fossiele energie verdienen. Om hun in staat te stellen de transitie naar schone moleculen te versnellen, moeten ze uiteraard financieel gezond blijven en in staat zijn door te gaan met investeren, ook in fossiele energiedragers zolang dit voor de voorzieningszekerheid noodzakelijk is.
““Zet aardgas in waar duurzame alternatieven om uiteenlopende redenen vooralsnog niet of minder aantrekkelijk zijn””
Dit is met name in de wat
idealistischer delen van de duurzaamheidsbeweging geen populair standpunt. Het
is de tragiek van principiële wereldverbeteraars: de gedachte dat je de duivel als
het ware moet uitdrijven met beëlzebub door te blijven investeren in de
productie van aardgas, met name in de kleine velden in de Noordzee en de
infrastructuur, is hun een gruwel. Toch is dat de enige manier om vooruitgang
te boeken. Gooi je oude schoenen nooit weg voordat je nieuwe hebt en, zou ik
eraan toe willen voegen, blijf ze goed poetsen.
De gassector, verenigd in de KVGN, heeft dit besef omgezet in een nieuw aanbod aan
de samenleving: gas-op-maat. Het houdt
onder meer in dat we aardgas blijven inzetten op die plaatsen waar duurzame
alternatieven om uiteenlopende redenen vooralsnog niet of minder aantrekkelijk
zijn. Het uitgangspunt van deze propositie is de noodzakelijke vermindering van
CO2-emissies. Want daar gaat het uiteindelijk om: welke middelen
leveren op korte en middellange termijn het meeste op om de emissies zo sterk
terug te brengen dat de gemiddelde temperatuurstijging op aarde tot anderhalve
graad beperkt blijft.
Het jubileumcongres was in dit opzicht een succes. Het bleek een geslaagde
oefening in zowel idealistisch als pragmatisch denken en handelen. Want
ambities zijn mooi, maar je moet ze ook waar kunnen maken. De opgave om
Nederlandse gebouwen aardgasvrij te maken is enorm. De complexiteit en kosten ervan
worden door menigeen onderschat. Sommigen zeggen: in de jaren zestig hebben we
in tien jaar tijd het gasnet aangelegd, dus kunnen we in tien jaar tijd het gas
ook weer uit de wijken halen. Dat is een misvatting. De sociale, demografische,
culturele en economische veranderingen die we sindsdien hebben doorgemaakt,
hebben van Nederland een compleet ander land gemaakt. Er
zijn meer dan twee maal zoveel huishoudens, moeder is niet altijd thuis en er hangt
geen touwtje uit de brievenbus. Het is voor een verantwoord klimaatbeleid ook
niet nodig en zelfs niet wenselijk. Zeker, een volledig duurzame
energievoorziening is het einddoel, maar hernieuwbare bronnen zijn voorlopig
vooral een middel. Een middel dat de komende jaren snel belangrijker zal
worden, ten koste van fossiele energie, dat wel.
Anton Buijs is Chief Communication Officer bij GasTerra