Sible Schöne over de klimaattop
Ondanks het feit dat staatsecretaris Dijksma zelf met niets kwam, was de klimaattop toch een waardevolle bijeenkomst. De top toonde een zeer brede bereidheid om aan de slag te gaan. Belangrijke voorbeelden zijn het initiatief om op grote schaal bos aan te planten in Nederland en de aankondiging van tachtig gemeenten, de netwerkbedrijven, Energie-Nederland en maatschappelijke partijen om een start te maken met wonen zonder aardgas. Het onderwerp dat het klimaatprobleem het meest bij de mensen thuis kan brengen komt nu echt op de agenda. Belangrijk is ook het signaal van grote bedrijven, waaronder Shell, dat ze een helder lange termijn beleid willen, vastgelegd in een Klimaatwet. En ook de steun van VNO-NCW voor de energietransitie verdient waardering, al werd ook meteen duidelijk dat er - buiten 30% energiebesparing en de grootschalige inzet van CO2-afvang en opslag - nauwelijks een beeld bestaat van de klimaatneutrale industrie die er moet komen. Er is kortom nog een hoop te doen. Maar de wil is er. De deuren staan open.Dat is het goed nieuws. Minder goed is dat er tijdens de top kring nauwelijks is gesproken over de vraag hoe de 1.5 °C doelstelling van Parijs kan worden gehaald. Voor de meesten lijkt dit een vrij academisch debat. Voor degenen die zich er wel in verdiepen is het onderwerp cruciaal voor de bepaling van de klimaatagenda. Deze doelstelling is er niet voor niets. Er is bijvoorbeeld groeiende consensus dat er een grote kans is dat ergens tussen de 1.5 °C en 2°C Groenland en grote delen van Antarctica definitief gaan smelten, met 10 meter zeespiegelstijging op termijn tot onvermijdelijk gevolg. Het debat gaat met andere woorden over het voortbestaan van West-Nederland. Dat lijkt me niet onbelangrijk. Daarom is een verbreding van de klimaatagenda noodzakelijk.
““We moeten de kolencentrales niet sluiten, maar ze ombouwen””
Het is in de klimaatwetenschap gebruikelijk om te werken met
kansen. Als we met 66% zekerheid de 1.5 °C doelstelling willen halen, mogen we
deze eeuw wereldwijd in totaal nog zo'n 160 Gigaton CO2 uitstoten,
viermaal de huidige jaarlijkse mondiale uitstoot, als we 50% zekerheid genoeg
vinden, wordt dat ruim de dubbele hoeveelheid. In beide gevallen is het evident
dat het niet voldoende is om de CO2-uitstoot naar nul te brengen. We
zullen deze eeuw ook op grote schaal CO2 uit de lucht moeten halen.
Negatieve emissies heet dat in het jargon. Buiten vreemd genoeg de grote
milieuorganisaties zijn alle betrokkenen het hier over eens, al is het maar
omdat de afspraken van Parijs erop neer komen dat de mondiale CO2-uitstoot
tot 2020 niet zal dalen. Vanaf dat moment moeten we dus evenveel CO2
uit de lucht halen als er in achter blijft als gevolg van onze uitstoot.
De belangrijkste opties zijn grootschalige herbebossing, koolstofopslag in
bodems, het mineraliseren van CO2 door bijvoorbeeld olivijn, direct
air capture van CO2 en waarschijnlijk als belangrijkste optie de
grootschalige inzet van biomassa in kolencentrales in combinatie met CO2-afvang
en opslag. Anders gezegd: we moeten de kolencentrales niet sluiten, maar ze
ombouwen.
Dat ligt bij velen emotioneel moeilijk. Laat ik ter illustratie de volgende
vraag stellen: wat heeft u liever, een windpark op zee of een kolencentrale met
50% bijstook biomassa en 100% CO2-afvang en opslag? Het intuïtieve
antwoord laat zich waarschijnlijk raden. Maar is dat hetzelfde antwoord dat
onze kleinkinderen zullen geven?
Sible
Schöne is Directeur van HIER Klimaatbureau