Afgezien van klimaatontkenners kom ik weinig mensen tegen die niet vinden dat een schoner klimaat met minder fossiele brandstoffen een goede zaak is. Maar ik zie wel een kentering. Wensen en haalbaarheden blijken steeds meer te botsen. Feitelijk was dit ook de kern van het proces tegen Shell dat deze week in hoger beroep werd voorgezet. Het gerechtshof in Den Haag moet nu bepalen of Shell inderdaad verplicht kan worden om zijn CO2-uitstoot, zoals Milieudefensie eist, moet terugbrengen. Het bedrijf beroept zich nu op de voorzieningszekerheid van energie en het feit dat klimaatbeleid een zaak van de nationale politiek is en niet van de rechter. ING is inmiddels het volgende doelwit van Milieudefensie. Dat bedrijf moet minder samenwerken met vervuilende bedrijven. Daardoorheen fietst Extinction Rebellion die met blokkades de regering wil dwingen tot de afbouw van fossiele subsidies.
“Tenzij er een enorme technologische doorbraak komt, zal elektrisch rijden tot meer vliegen leiden”
Tegelijkertijd zien we dat de vergroening stagneert. De verkoop van elektrische voertuigen vlakt af vanwege de prijs, onduidelijkheid over subsidies en de vraag of je die dingen in de toekomst nog makkelijk kunt laden. Nederland is nu nog een prima stekkerland, maar is qua elektrische infrastructuur niet voorbereid op de toekomst.
Bovendien is het bereik van goedkopere elektrische auto’s nog steeds beperkt en duurt het opladen lang. Volgens prognoses is het in de toekomst niet goed mogelijk om zonder overnachting van noord- naar zuid-Frankijk te reizen. Met de caravan is dat überhaupt moeilijk omdat de actieradius dan enorm afneemt. Tenzij er een enorme technologische doorbraak komt, zal elektrisch rijden tot meer vliegen leiden.
“Het besef begint te ontstaan dat al die bedrijven groener moeten, maar dat snelle transities onherstelbare schade aan de economie aanrichten”
Maar ook op andere punten dreigt zwaar weer. Dat heeft te maken met een punt dat Shell bij het hoger beroep inbracht: het vestigingsklimaat. Dit wordt allereerst ondermijnd door de hoge energieprijzen. Deze zijn het gevolg van het afsluiten van de toevoer van Russische olie en gas en van de opeenstapeling van milieubelastingen. Vervelend voor de consument, maar nog vervelender is dat de-industrialisatie dreigt. Vooral voor Duitsland is dat zeer bedreigend. Maar ook in Nederland sluiten energieslurpende bedrijven hun poorten, zoals zinkproducent Nyrstar en aluminiumfabriek Aldel. Een van de oorzaken is dat Nederland met zijn extra regels en belastingen een oneerlijk speelveld ten opzichte van het buitenland schept. Bovendien worden bedrijven steeds meer de uitvoerder van politieke wensen. Ze worden verantwoordelijk voor hun bevoorradingsketens, waardoor zij aansprakelijk zijn voor de energiewinning, ontbossing of mijnbouw elders in de wereld. Dit is een EU-breed probleem. Maar het gevolg is wel dat steeds meer bedrijven overwegen te vertrekken, al vertrokken zijn of failliet gaan.
Inmiddels komt er een tegenbeweging op gang. Het besef begint te ontstaan dat al die bedrijven groener moeten, maar dat snelle transities onherstelbare schade aan de economie aanrichten. En zonder voldoende belastinginkomsten wordt de energietransitie onbetaalbaar.
“Mede als reactie op alle milieumaatregelen en de hoge energiekosten dreigt politieke verrechtsing binnen de hele EU”
Mede als reactie op alle milieumaatregelen en de hoge energiekosten dreigt politieke verrechtsing binnen de hele Europese Unie. In Brussel zien we al dat de Green Deal langzaam erodeert. Een rem op nationale milieumaatregelen lijkt onvermijdelijk.
Ook activisme wordt contraproductief. De steun voor Extinction Rebellion is afgenomen. Minder dan een derde van de bevolking steunt klimaatactivisten. Voor politici is dat een niet te negeren signaal.
Rechtse politici zullen ook paal en perk willen stellen aan rechters die in hun ogen linkse politieke uitspraken doen, zoals die over Shell. Het gevolg? Het Europese en nationale klimaatbeleid komt op losse schroeven te staan. Het zou mij daarom niet verbazen als het einde van de fossiele brandstofmotor iets te vroeg is opgelegd. Dat betekent dat Shell zijn benzinepompen nog even kan openhouden.