Rob Aalbers: "Met dubbel uitgevoerde productiecapaciteit of seizoensopslag prijzen zonnecellen zich uit de markt"
"Zonnepanelen worden de dominante energiebron in de wereld", schrijft Jean-François Fauconnier van Climate Network in reactie op mijn betoog dat zonnepanelen in Europa bar weinig waard zijn. Voor mensen die geen toegang hebben tot een (betrouwbaar) elektriciteitsnetwerk zijn zonnecellen inderdaad een uitkomst. En in landen waar de zon uitbundig schijnt, passen zonnecellen perfect in het energiesysteem. We hebben het dan echter niet over Europa. Dat is - in tegenstelling tot wat Fauconnier beweert - óók de conclusie van het Internationaal Energie Agentschap IEA, dat voor zonnecellen in Europa in het beste geval uitgaat van een marktaandeel van 8% (zie blz. 21 van deze publicatie). Niet echt wereldschokkend.Een snelle blik op de kaart volstaat om te begrijpen waarom zonnecellen in Europa en in Nederland in de schaduw zullen blijven staan. Het gros van de wereldbevolking woont veel zuidelijker dan de meeste Europeanen. Zo liggen New York en Peking op dezelfde noorderbreedte als Madrid en ligt de meest zuidelijke stad van Europa, Málaga, veel noordelijker dan Dallas en Miami.
““De opbrengst van een Nederlandse zonnecel is in de wintermaanden ruim 80% lager dan in de zomermaanden””
Terug naar Nederland. Op een stralende winterdag produceren zonnecellen
rondom het middaguur inderdaad behoorlijk wat elektriciteit. Maar zoveel
stralende winterdagen hebben we in Nederland niet. Zo ligt de opbrengst van een
Nederlandse zonnecel in de wintermaanden gemiddeld genomen ruim 80% lager dan
in de zomermaanden. En dat terwijl de vraag in de wintermaanden ongeveer 10% hoger
is. Onbalans noemen ze dat op de elektriciteitsmarkt.
Zonder dubbel uitgevoerde productiecapaciteit of seizoensopslag staat in Europa
de leveringszekerheid dan ook op het spel. En met dubbel uitgevoerde
productiecapaciteit of seizoensopslag prijzen zonnecellen zich volledig uit de markt.
Windmolens en biomassa met CO2-opslag kunnen namelijk zonder
seizoensopslag toe en hebben geen (biomassa) of minder (windmolens)
reservecapaciteit nodig.
Het wordt dan ook tijd dat Nederland en Europa het basale verschil in
klimatologische en geologische omstandigheden met de rest van de wereld erkennen
en kiezen voor de duurzame energie die daarbij past: wind en biomassa.
Rob Aalbers is econoom en programmaleider bij het Centraal Planbureau. Hij
schrijft zijn columns op persoonlijke titel.