Europarlementariër Pavel Poc (Tjechië): "Lidstaten
tamelijk egoïstisch"
Hoe kijken EU-lidstaten uit Midden- en Oost-Europa aan tegen het Europese energiebeleid? Een gesprek met Pavel Poc, een Tsjechische Europarlementariër van de fractie van Socialisten en Democraten.
Hoe ziet uw land de relatie met Rusland?
"Om een lang verhaal kort te maken: wederzijdse afhankelijkheid. Liefst 75% van de gasimporten van de Tsjechische Republiek komt van Rusland, voor nucleaire brandstof is de import zelfs 100%. Dat maakt mijn land een belangrijke klant voor Rusland. Als die afhankelijkheid vermindert worden bijvoorbeeld de Russische uraniummijnen direct geraakt.
In deze tijd van de Oekraïense crisis en het omstreden sanctiebeleid, heeft de Tsjechische regering de moeilijke taak om de juiste balans te vinden tussen de juiste politieke reactie op Russische activiteiten in Oekraïne, en haar eigen economische belangen."
Wat vindt u van de energiestrategie van de nieuwe Commissie?
"Misschien is ‘Nieuwe Hoop' de juiste term. Er is jaren gewerkt aan gemeenschappelijk energiebeleid, maar nog steeds is sprake van tamelijk egoïstische strategieën van de 28 lidstaten. Daarom is het goed dat de nieuwe Commissie verder wil. Zij zal het juiste pad moeten bewandelen en de lidstaten ervan overtuigen dat de Energie Unie de enige weg vooruit is. In mijn optiek is het zelfs de enige hoop om in de platte wereld van vandaag en morgen te overleven."
““Een van de grootste uitdagingen van het project van de Energie Unie is te bereiken dat lidstaten niet hun eigen belangen gaan nastreven””
Hoe moet zo'n Energie Unie er dan uit zien? De visie daarop loopt nogal uiteen.
"Voorop staan energieleveringszekerheid, onafhankelijkheid van dure importen van dominante energiespelers en de transitie naar een duurzame, gedecarboniseerde economie. Energie-efficiëntie, hernieuwbare bronnen en smart grids vormen de ruggengraat van ons energiesysteem.
Een van de grootste uitdagingen van het project van de Energie Unie is te bereiken dat lidstaten niet hun eigen belangen gaan nastreven. Dat leidt tot schade aan het energienetwerk, met name bij andere lidstaten. De Energie Unie mag absoluut geen project worden waarbij we vasthouden aan het exploiteren van nationale voorraden aan fossiele brandstoffen. Zij is juist een uitgelezen kans om eindelijk die omslag naar duurzame energie te bewerkstelligen."
Kan de vicevoorzitter van de Commissie voor de Energie Unie, Maroš Šefčovič, deze slag maken?
"Šefčovič is een zeer capabale bestuurder, dus de vraag is niet of hij zijn missie goed zal uitvoeren. Eerder is het afwachten of Europa zo'n ambitieus project in slechts vijf jaar tot stand kan brengen. Commissaris Šefčovič heeft de juiste achtergrond en het goede mandaat, hopelijk is ook de tijd hem goed gezind."
Hoe verhoudt het idee van de Energie Unie tot een open Europese gasmarkt? Houdt u daar rekening mee in uw werk bij het Europees Parlement?
"Uiteraard speelt gas een grote rol in de Europese energiemix. Het is nu nog te vroeg om uitspraken te doen over de impact van Energie Unie op de gasmarkt, omdat we nog weinig weten over de details van het project. De recente stresstesten op het gasnetwerk tonen in ieder geval aan dat lidstaten verschillend aankijken tegen het beperken van gasvoorraden. In sommige landen is slechts voor een paar maanden aan reserve beschikbaar als de gaskraan dicht gaat.
Dit is waarom een van de centrale doelen van de Europese Energie Unie leveringszekerheid moet zijn, met als logisch uitvloeisel een diversificatie van gasleveranciers. Dus linksom of rechtsom zal de gasmarkt gevolgen ondervinden van de Energie Unie. In mijn werk bij het Europees Parlement richt ik me met name op de gemeenschappelijke Europese belangen in de energielevering en zal ik geen lidstaat bevoordelen ten koste van andere lidstaten."